Loodgieter/mediator

Loodgieter/mediator

Hij vraagt wat ik voor werk doe. We ontmoeten elkaar bij het inschenken van een glaasje wijn op een feest. Hij is eind 60, heeft geen kinderen en er ook nauwelijks mee te maken gehad, dus mijn antwoord ‘lactatiekundige’ roept vragen op. ‘Wát doe je’?

En als ik het kort uitleg verandert de vraag naar ‘wat dóe je dan’?

Ik schets hoe moeders me benaderen voor bijvoorbeeld hulp met pijnklachten. Hij vraagt door naar wat je als lactatiekundige dan kunt bieden. Op mijn vingertop doe ik voor hoe je met een kleine verandering de vinger (of tepel dus) pijnlijk afklemt of juist ontspannen door laat stromen. En hoe dus subtiele veranderingen in aanleggen het geven van borstvoeding veel effectiever en prettiger kunnen maken voor moeder en kind.

‘Oh’, zegt hij, ‘je bent dus gewoon een soort loodgieter, in de zin van het moet door kunnen stromen zonder lekken of verstopping’. Ja, zo gezien lijkt het wel op wat een loodgieter doet, inderdaad.

Maar er is meer natuurlijk. Dus ik vervolg mijn uitleg dat ik altijd minimaal 2 cliënten heb, moeder en kind. Als moeder en kind het moeilijk hebben rond borstvoeding dan is het een heel belangrijk deel van mijn werk om hen te helpen weer een team te vormen. En dat er natuurlijk de mensen in de omgeving zijn die mee op een lijn moeten komen: partner, familie, kraamverzorgenden en verloskundigen bijvoorbeeld. En dan hebben sommige vragen te maken met de autonomie van de baby, zoals flesweigeren. Dan is het kweken van begrip en tips om met de baby samen te werken nodig.

‘Oh’, zegt hij, ‘dus je bent ook mediator. Je bent dus een loodgieter/mediator!’ Hij snapt het helemaal en tevreden nemen we allebei een slok wijn.

Zal ik het op mijn kaartje zetten? Myrte van Lonkhuijsen, loodgieter/mediator.

Video en FAQ’s Concorde

Ik krijg vaak vragen over de Concorde methode van aanleggen.

Inmiddels zijn er 3 korte video die je kunt bekijken:
Een overzichtsvideo: hier
Een korte samenvatting van aanleggen met een jonge baby
En een samenvatting van aanleggen met een ouders kindje (> 6 weken):

En dit zijn de meest gestelde vragen met antwoorden.

Maakt deze houding behandelen van tong- en/of lipriem overbodig?

Werkt deze houding bij alle borstvoedingsproblemen?

Bij welke borstvoedingsproblemen werkt de concorde-houding?

Klopt het dat je je vinger(s) op de borst heel dicht bij de mond van de baby houdt?

Is er geen grote kans op verstopping/borstontsteking omdat de vinger de borst zo induwt?

Waarom denk je dat de baby beter leert drinken door deze manier van aanleggen?

Moet je je borst de hele voeding blijven vasthouden?

Kun je echt de hap corrigeren zonder de baby los te maken?

Kan deze houding ook na een keizerssnede?

Masterclass Concorde

Masterclass Concorde

Bij Baby en Borst in Almere geef ik najaar 2018 en voorjaar 2019 een open Masterclass over de Concorde techniek. * Deze scholing staat open voor alle relevante zorgprofessionals en accreditatie is toegekend door de KNOV, KCKZ, NVL en Nvlf.

Deze manier van aanleggen is ontstaan uit mijn behoefte om bij een korte tongriem niet (altijd) te hoeven laten knippen, en om de last van die korte tongriem voor én na behandeling te verminderen.

Het is een voedingshouding waarbij de baby subtiel anders vastgehouden wordt dan gangbaar. En waarbij de borst heel anders aangeboden wordt dan gangbaar.

Maar vooral is het ook een manier van voeden waarbij moeder en kind nauw samenwerken en van elkaar leren. Door ondersteunen, ademhalen en inspelen op de bewegingen van de baby kan die baby ontdekken hoe makkelijk effectief drinken kan zijn. Dan gaan moeder en kind elkaar versterken.

De Concorde is dus meer dan alleen een aanleghouding, en breder inzetbaar dan alleen bij een korte tongriem. Want ook bij onrustige kinderen blijkt deze manier van voeden goed aan te slaan, en zeker ook bij kinderen met refluxklachten.

*Nieuwsgierig waarom hij zo heet? Omdat moeders hun tepelhof tijdens aanleggen in verschillende richtingen kunnen aanbieden, net als het Concordevliegtuig indertijd een beweegbare neus had. Ik vergeleek het bij uitleggen altijd met dat vliegtuig. En ik moest het beestje toch een naampje geven.

De Wet AVG en mijn praktijk

Nog even snel voor ik op vakantie ga en deze wet van kracht wordt een overzicht van de gegevens die ik verzamel als je contact met mij opneemt als client.

Ik sla de volgende gegevens op van cliënten:

Bij aanmelding voor een informatieavond:

  • Naam, email en/of telefoonnummer, zodat ik weet wie er komen en eventueel veranderingen of afmelding door kan geven.

Bij aanmelding voor een consult:

  • Naam moeder, email, telefoonnummer en postadres, dat laatste voor de factuur en bij een huisbezoek natuurlijk om te weten waar ik moet zijn.
  • Naam en geboortedatum kind(eren)

Na een consult komt daar nog bij:

  • Relevante aanvullende gegevens over ouders en kind voor folluw-up
  • Het verslag dat ouders ontvangen via email.

Van verwijzers en stagiaires sla ik alleen NAWgegevens op om contact te kunnen zoeken als dat nodig is. Deze gegevens bewaar ik in mijn telefoon en mailbox, ik houd geen overzicht of mailinglijst bij.

Wat doe ik niet:

  • Ik schrijf geen nieuwsbrieven e.d. en hou dus ook geen mailingbestand bij.
  • Ik noteer geen BSNnummer.
  • Ik noteer geen verzekeringsmaatschappij of -nummer.

Gegevensopslag

  • Aanmeldingen voor informatiebijeenkomsten komen binnen via mijn afsprakenplanner Calendly.com en worden via Zapier doorgestuurd naar mijn CMS.
  • Clientgegevens bewaar ik in een CMS: Insightly.com.
  • De NAWgegevens voor de factuur worden daarnaast nog opgeslagen in het boekhoudprogramma MoneyMonk.
  • Mijn facebookpagina en mijn website houden automatisch bij hoeveel mensen mijn pagina’s bezoeken. Bij mijn weten zijn daar door mij(n webbouwer) geen aanvullende trackingcookies of andere privacy gevoelige aspecten op en in aangebracht.

Ik hoop hiermee te voldoen aan de AVG. Mis je iets? Laat het me weten zodat ik het aan kan vullen. Wil je inzage in wat ik over je bewaar dan kun je schriftelijk, via email of telefonisch contact opnemen en geef ik je toegang tot je gegevens.

Wil je deze tekst kunnen printen? Dat kan hier.

thumbnail of Wet AVG

Leuk? Niet altijd.

Leuk? Niet altijd.

‘Wat heb jij een leuk beroep’ zegt ze stralend. Haar 3 weken oude zoon drinkt voor het eerst pijnloos bij haar.

Ik ben het met haar eens maar inwendig zucht ik ook even. En ik denk aan de moeders die ik de afgelopen weken zag worstelen. Het gaat niet altijd zo goed.

De moeder die na 7 weken worstelen met een randpremature zoon huilend de handdoek in de ring gooide. Ze had bij haar oudste maanden lang gekolfd omdat aanleggen niet lukte. Deze keer alles op alles gezet en elke keer als er een succes was (hij dronk! Hij groeide!) dan kwam er weer een tegenslag (een kloof, uren huilen). Ze kon niet meer. En ze voelde zich falen als moeder. Onterecht, want wat een doorzettingsvermogen en liefde, maar oh zo herkenbaar.

De moeder met de tweeling die klein was bij geboorte en nu zo hard probeert haar zonen volledig borstvoeding te geven. Ze is zo moe. En terecht, ze heeft echt hulp nodig om dit voor elkaar te krijgen maar haar ouders en schoonouders wonen aan de andere kant van het land en al haar vriendinnen en partner werken. Wat ik als lactatiekundige kan bieden is maar een fractie van wat ze nodig heeft.

Die moeder die wel borstvoeding wil geven en waar het ook erg goed gaat, maar die zo oploopt tegen het beeld van de perfecte baby en de maakbaarheid die de kunstvoedingsindustrie haar voorschotelt. Haar kindje slaapt (natuurlijk, want 5 weken oud) niet door en heeft geen ritme, en ze hoort aan alle kanten dat dat komt door haar melk.  En dat ze met kunstvoeding uren rust zou hebben in huis en zou kunnen slapen. Hoe leg ik haar uit dat dat voor sommige kinderen misschien zo is, maar dat het vooral echt een verkooppraatje is?

En die moeder die vastloopt op diepe borstpijn, waar we geen verbetering in kunnen krijgen. Ook de huisarts kan niets want geen aanwijsbare aanknopingspunten: geen koorts, geen wondjes. Haar kind groeit prima. Maar ze heeft zo veel pijn en niets wat we proberen helpt. Wat kan ik haar en haar partner bieden aan perspectief, hoe lang heeft doorgaan zin?

Kijkend naar de stralende moeder en tevreden drinkende baby voor me leg ik zachtjes uit dat mijn werk niet altijd even leuk is. Dat ik ook moeders begeleid als de oplossing niet zo simpel is, en zelfs als er geen oplossing lijkt te zijn.

En dan denk ik ineens aan de bos bloemen op mijn keukentafel. Van die moeder die het nooit gelukt is om voldoende melk voor haar kind te maken. Ze schrijft dat ze trots is dat ze  weet dat ze alles gedaan en gegeven heeft wat ze kon.

Daar kan ik wat mee.

Borstvoeding is niet altijd leuk.  Mijn werk is niet altijd leuk. Wel altijd fascinerend, boeiend en de moeite waard maar niet altijd maakbaar. Ik probeer alles bieden wat ik kan om moeders te ondersteunen. Zeker als het tegenzit. Zodat zij hopelijk terecht kunnen ervaren dat ze trots op zichzelf zijn, ongeacht de uitkomst.

 

En trouwens, waarom noemen we bevallingsverlof ‘vrij’?

En trouwens, waarom noemen we bevallingsverlof ‘vrij’?

Als een weekje vrij nemen en dat vullen met werkklussen geen vakantie is, hoe zit het dan met ons bevallingsverlof? Verlof… dat klinkt ook als vrij. Als uitrusten, bijkomen.
En daar hoort de verwachting bij dat je er na je verlof weer volop tegenaan kunt met je werk. Wat vaak niet bepaald de realiteit is. Lees verder

Klinkt goed maar waarom noem je het ‘vrij’?

Klinkt goed maar waarom noem je het ‘vrij’?

Een week vrij klinkt goed he. En zo staat het ook op mijn site, en mn facebook: ‘ik heb een week vakantie’. En echt, zo voelt het ook. Tot ik vandaag met een collega zit te overleggen. Die me op een gegeven moment schuin aankijkt en zegt ‘maar jij hebt helemaal geen vrij genomen, jij hebt een week vol ander werk gepland!’
Ze heeft een punt.
Ik heb ‘vrij’ genomen om klussen te doen waar ik ongestoord voor moet nadenken. Lees verder

Ongewoon, voor één keer.

Ongewoon, voor één keer.

Mijn reactie op het onderzoek met de conclusie ‘ook te dik met borstvoeding vergroot kans op overgewicht’ was ongewoon. Ongewoon snel. Maar ook ongewoon onzorgvuldig. Namelijk zonder het oorspronkelijke onderzoeksartikel grondig gelezen te hebben zoals ik gewoonlijk eerst doe.
En van die ongewone aanpak kom ik nu al weer enigszins beschaamd terug. Want in het echt artikel zijn meer nuanceringen en betere definities gebruikt dan in de abstract. En dat had ik dus eerst moeten lezen. Dat had ik kunnen bedenken.

Waarom ben ik dan toch afgeweken van mijn gebruikelijke grondige aanpak? Lees verder